maandag 16 maart 2009

Helft ijsvogels dood door koude winter


De langdurige vrieskou is veel ijsvogels fataal geworden. Uit tellingen van SOVON Vogelonderzoek blijkt dat ongeveer de helft van het aantal ijsvogels in de afgelopen winter is overleden, doordat zij niet konden vissen.  

IJsvogels zijn voor hun eten afhankelijk van water. Het liefste eten ze vis. Ze zijn niet kieskeurig, zolang het visje niet groter is dan 7 centimeter.

Daarnaast vormen alle mogelijke waterdieren, zoals larven van libelles en watertorren, bootsmannetjes en jonge kikkers hun menu.

Omdat de ijsvogels kleine vissen en waterdieren eten, zijn zij gebonden aan beekjes en andere kleine stromen. In grote wateren komen zij veel moeilijker aan hun voedsel. Probleem is dat kleine wateren snel dichtvriezen en het ijs lang blijft liggen.

Slachtingen

De grootste slachtingen vielen deze winter in Limburg, Noord-Brabant en Gelderland. Daar was het het koudst. In december telden mensen in Gelderland nog 39 ijsvogels en in januari nog maar drie.

In februari was er nog maar een te zien. In het westen en noorden van het land sneuvelden waarschijnlijk minder dieren, maar in de omringende landen zullen ook veel ijsvogels de koude niet hebben overleefd.

Na een strenge winter duurt het een aantal jaren voordat de populatie zich herstelt. Door elf relatief zachte winters kwamen er veel ijsvogels bij. Ook nestelden ze zich in steeds meer delen van het land.

Jongen

Doordat ze in gunstige omstandigheden veel jongen grootbrengen, komt de ijsvogelstand waarschijnlijk niet in gevaar.

Pas in de herfst is duidelijk hoe groot de slachting onder de ijsvogels deze winter precies was. Het broedseizoen loopt van maart/april tot in augustus. Daarna is er goed zicht op het aantal dieren.

Anders dan zijn naam doet vermoeden, heeft de ijsvogel dus geen plezier van ijs. Een van de theorieën is dat het dier zijn naam dankt aan het feit dat mensen hem voor het eerst boven een wak op een tak zagen zitten. 

Bron ANP  16 maart 2009